IJsland … als het maar ijs en ijskoud is!

Vanmorgen was het dan zover, IJsland in zicht. Goh... wel een hoop sneeuw nog en maar 5 graden Celsius. Hebben we wel voldoende warme kleding bij ons? Een paar van de gedachten die door ons heen gingen bij het binnenvaren van Seydirfjördur. De formaliteiten bestonden uit een tweetal vragen: hoe lang blijft u op IJsland en gaat u weer met de boot terug? Toen dit examen summa cum laude was afgerond mocht de camper het asfalt van IJsland betreden. In tegenstelling tot andere vakantiegangers deden we het rustig aan. Niet direct plankgas het binnenland in maar even tijd voor boodschappen, lokale valuta en een ontbijtje. Met de IJslandse Kronen op zak voel je je rijk. ISK 1000 is zo’n € 7. Eenmaal op weg was onze eerste stop het plaatsje Egilsstadir. Hier hebben we een simkaart aangeschaft zodat jullie niet van onze belevenissen verstoten blijven. Door het vele smeltijs zie je links en rechts van de weg bruisende rivieren en watervallen. Niet direct een reden om te stoppen. Echter de Rjúkandafoss (foss=waterval) was meer dan de moeite waard. Na een stevige klim, waar iets minder getrainde toeristen meer moeilijkheden mee hadden, bereikten we een uitkijkpunt. Alleen al om jullie te plezieren heb ik er een foto van genomen.

De wegen in IJsland zijn, met uitzondering van het binnenland (4x4 terrein) prima te berijden. Op de kaart worden de wegen dan ook als belangrijke verbindingswegen aangegeven. Mooie geasfalteerde 2-baanswegen die dan potver…. ineens overgaan in een geiten pad. Na een half uur trillend en stuiterend over deze onverharde wegen weten we een ding zeker: alles in de camper is solide ingeruimd! Onderweg passeerden we dorpjes met tong brekende namen als Vopnafjördur en Bakkafjördur voor we þórshövn bereikten. Hier zullen we onze eerste nacht doorbrengen op de plaatselijke camping. We hebben een IJslandkaart gekocht (€ 159) waarmee je (excl. toeristenbelasting en elektra) 22 nachten gratis mag kamperen op zo’n 65 campings. Een aanrader mocht je plannen hebben. Þórshövn binnenrijdend volgen we de bordjes met camping erop. Niet veel later rijden we het dorp weer uit zonder ook maar iets gezien te hebben dat op een camping lijkt. Het zou toch niet dat veldje langs de weg zijn? En ja hoor een verhard stukje weiland met een zeecontainer als sanitaire ruimte vormt de overnachtingsplaats. Toen we van het lachen waren bekomen was de camper gauw gereed gemaakt voor de nacht en werd het dorp aan een nadere inspectie onderworpen. Tja… veel is het niet maar een pub is er natuurlijk altijd te vinden. Wist je dat IJsland maar ook de Faeröer Eilanden een rijke bierhistorie heeft? Speciaal voor jullie zullen we de diversiteit van het gerstenat op de voet gaan volgen. En jullie weten dit doen we dan ook met volle overgave. Terug bij de camper klopte de man van de plaatselijke VVV op de deur om de camping kronen te innen. Met een contactloze betaling (who needs cash?) verwisselde ISK 1100 van eigenaar en kunnen we met een gerust geweten gaan slapen.

Góda nótt